1. Home
  2. /
  3. Zonnewarmte
  4. /
  5. Over Zonnewarmte
  6. /
  7. Waarom Zonnewarmte?
  8. /
  9. TKI DeZonnet: nadere informatie...

TKI DeZonnet: nadere informatie over de berekeningen

10 scenario’s: Waarom heeft de zonnewarmte-methode de voorkeur?

Met behulp van de TU Delft en diverse andere onderzoekspartners (TKI DeZonnet) zijn de onderstaande10 technische scenario’s voor de wijk Ramplaankwartier in Haarlem doorgerekend:

  1. Geen isolatie (schillabel F); Warmtebron: alleen aardgas;
  2. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: alleen aardgas;
  3. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: deels aardgas, deels PVT-zonnepanelen;
  4. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: alleen waterstofgas;
  5. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: 60⁰ warmtenet, opgewekt buiten de wijk (bijvoorbeeld geothermie);
  6. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: lucht-water-warmtepomp, gevoed door buitenlucht (witte kast op je dak) en aanvullend verwarmd met elektriciteit;
  7. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: hetzelfde als scenario 6, aangevuld met PV zonnepanelen;
  8. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: PVT zonnepanelen, opgeslagen in tuin-WKO;
  9. Basis-isolatie (schillabel C); Warmtebron: PVT zonnepanelen, via ZonneWarmteNet opgeslagen in wijk-WKO;
  10. Extra isolatie (schillabel A); Warmtebron: hetzelfde als scenario 9.

Zoals te zien in onderstaande grafieken heeft scenario 9 de voorkeur. Onderstaande grafieken gelden voor een gemiddelde woning in de wijk.

Per scenario: Opbouw van maandlasten in 2027

De conclusie uit bovenstaande grafiek is dat optie 9 (ZonneWarmteNet) vanaf 2027 één van de allergoedkoopste is.

Per scenario: Opbouw van maandlasten in 2027

Per scenario: Gemiddelde maandlasten over 2022-2037

De conclusie uit bovenstaande grafiek is dat ook over 15 jaar gerekend scenario 9 (ZonneWarmteNet) één van de allergoedkoopste is, en de kostenstijging één van de allerlaagste is.

Per scenario: Netto energie import in de wijk

Per scenario: Netto energie import in de wijk
Per scenario: Gemiddelde maandlasten over 2022-2037

De conclusie uit bovenstaande grafiek is dat scenario 9 (ZonneWarmteNet) als één van de laagsten scoort op netto energie import-behoefte.

Per scenario: CO2 emissie

Per scenario: CO2 emissie

De conclusie uit bovenstaande grafiek is dat scenario 9 (ZonneWarmteNet) als één van de laagsten scoort op CO2 uitstoot.

Aanpak van dit rekenmodel

De berekening van scenario’s en grafieken is te vinden in de bijlagen bij het DeZonnet rapport, via deze link kun je toegang vragen tot het document. Bij het opstellen van dit rekenmodel is van het volgende uitgegaan:

  1. Energietarief of kosten maatregelen?
    1. Voor warmte die NIET in de wijk wordt opgewekt, rekenen we in dit rekenmodel met een landelijk geldend energietarief;
    2. Voor warmte die WEL in de wijk wordt opgewekt, rekenen we in dit rekenmodel met de kosten van de maatregelen.
  2. Looptijd?
    1. Investeringen hebben een lange of korte levensduur, kosten worden annuïtair gelijk over die levensduur verspreidt;
    2. Kosten voor onderhoud en energiekosten zijn niet annuïtair maar jaarlijks oplopend;
    3. Van het geheel brengen we de eerste 15 jaar in kaart.
  3. Externe of eigen financiering? We kijken in dit rekenmodel wat het kost bij 100% externe financiering, met beperkte subsidie. Pas later kijken we wat de wijk zelf kan inbrengen.
  4. Salderen? Qua elektra verbruik gaan we uit van salderen via het landelijke net. Qua warmte salderen we via het wijknet.
  5. Stookgedrag? We gaan uit van goed huismeesterschap, dus NIET: in de winter ramen open en de verwarming op 22, maar 20 graden en gezonde lucht door WTW (warmte terugwin) ventilatie.
  6. BTW? Is in dit rekenmodel wel berekend voor energiekosten en woningmaatregelen, niet voor wijkmaatregelen omdat we deze in een Wijk Energie Bedrijf stoppen.

Wat laten we buiten dit rekenmodel?

Dit rekenmodel bevat NIET de volgende WIJK-maatregelen:

  1. eventuele kosten voor verzwaring van elektra in de wijk – omdat dit hoogst waarschijnlijk in elk scenario nodig gaat zijn;
  2. eventuele kosten voor onderhoud of vervanging van het GASNET in de wijk;
  3. eventueel werk-met-werk korting voor Infrastructuur.

Dit rekenmodel bevat NIET de volgende WONING-maatregelen:

  1. vaste elektra kosten per woning – omdat dit in elk scenario nodig is en blijft;
  2. elektra kosten ANDERS anders dan woonwarmte en warm tapwater;
  3. elektra voor bijv. stofzuiger, lampen of elektrische auto’s; dit rekenmodel gaat alleen over warmte;
  4. vloerverwarming of muurverwarming – in dit model gaan we wel uit van optioneel extra afgifte via convector radiatoren;
  5. ZonKapel – dit is een extra investering, die overigens wel extra opwek mogelijk maakt voor schuine daken op het noorden.

Wat zijn de kernvariabelen voor dit rekenmodel?

  1. Gemiddelde WOONOPPERVLAK: 110m2
  2. RENTEVOET Op alle initiële investeringen (isolatie, overige woningmaatregelen en ook de wijkmaatregelen): 1,3%
  3. AFSCHRIJVINGSTERMIJN van wijkmaatregelen en niet-bewegende woningmaatregelen: 30 jaar
  4. SUBSIDIE, gemiddeld per maatregel over initiële investering: 15,0%
  5. Verwachte PRIJSSTIJGING GAS, gemiddeld / jr in komende 15 jr, excl. inflatie: 1,5%
  6. Verwachte PRIJSSTIJGING ELEC / OVERIG, gemidddeld / jr in komende 15 jr, ex. inflatie: 1,0%
  7. Verwachte INFLATIE, gemiddeld / jr in komende 15 jr: 1,0%
  8. PARTICIPATIEGRAAD (per wijk-WKO-gebied van 400 woning-equivalenten) na de vollooptijd: 65,0%
  9. VOLLOOPTIJD (per wijk-WKO-gebied; vollooptijd is tijd benodigd tot bereiken participatiegraad): 10 jaar
  10. ENERGIEVRAAG voor woonwarmte nadat gemiddelde woning LT-ready is gemaakt: 7.700 kWh per jaar
  11. BENODIGDE m2 PVT voor netto opwek om gemiddelde woning te voeden: 13,4 m2

Gevoeligheidsanalyse

Op bovenstaande kernvariabelen is onderstaande gevoeligheidsanalyse gemaakt:

Gevoeligheidsanalyse

De mate van dichtheid van bebouwing in de wijk is in zekere zin een bepalende factor voor de business case van het warmtebedrijf. Immers een compacter bebouwing zal leiden tot iets lagere aanlegkosten voor de leidingen en marginaal lagere warmteverliezen in de leidingen.
Hybride-PVT woningen kunnen ook zonder wijknet al veel aardgas besparen. Als in een gebied van 600 woningen er 200 PVT-woningen zijn, is het al rendabel om een wijknet en WKO voor dat gebied aan te leggen.
Veel meer bepalend voor de business case zijn o.a. aantal deelnemers, de eenheidsprijzen voor materiaal en arbeid en de rentevoet van de lening ter financiering van de aanleg van de wijkinfra.

Welke partijen hebben meegewerkt aan dit rekenmodel?

  • TU Delft – Bouwkunde
  • Gemeente Haarlem
  • Engie
  • Deltares
  • Greenvis
  • Triple Solar
  • Fortes
  • Warmte Transitie Makers

Zie ook: ZonneWarmteNet onderzoekspartners

cft-topic-template